Inventing transgender children en young people – boekrecensie

Ook wie niet of nauwelijks bekend is met het onderwerp transgender kinderen wordt in het voorwoord van Inventing transgender children en young people door David Bell direct meegezogen in de wereld van transgender zorg voor de jeugd. Bell is een psychoanalist werkzaam voor de Tavistock, de enige Britse NHS genderkliniek voor kinderen.

Inventing transgender children en young people neemt de lezer mee in de diversiteit van de onderliggende problematiek waarmee kinderen met genderdysforie mee te maken hebben. 

Het boek verenigt een collectie onafhankelijk van elkaar te lezen essays van mensen die op verschillende manieren betrokken zijn bij transgender jeugd, zoals een psycholoog, psychiater, endocrinoloog en chirurg, aangevuld met de ervaringen van ouders en ‘detransitioners’ (mensen die spijt hebben van hun transitie en weer terug willen naar hun geboortegeslacht). In aparte hoofdstukken beschouwen filosofen en sociologen wat hiervan de maatschappelijke betekenis is. Daarmee geeft het boek zowel een klinisch perspectief als een culturele kritiek op een ideologie die zware medische interventies propagandeert gebaseerd op starre opvattingen over sekse en stereotypen. 

Professionals worden uitgedaagd (mogelijk herkenbare) problemen en ethische kwesties nader te beschouwen. Voor niet-professionals is dit boek vooral een interessante eye opener

Het boek geeft bovendien een zorgwekkend beeld van onzorgvuldig wetenschappelijk onderzoek, gebrek aan wetenschappelijk onderzoek (public discourse), gemanipuleerde en verkeerd geïnterpreteerde data-analyses en dogma binnen de gezondheidszorg voor transgender jeugd. 

Wat betekent het als jonge mensen bevestigd worden in hun idee dat hun eigen lichaam verkeerd is? 

Michele Moore en Heather Brunskell-Evans beantwoorde deze vraag al eerder in hun  boek Born in your own body. Hierin kwam naar voren hoe dramatisch en ingrijpend het is om kinderen al op jonge leeftijd een transitie te laten ondergaan. Na publicatie gebeurden er twee opvallende dingen. Allereerst kwamen op dat boek veel positieve reacties van professionals uit de psychiatrie en hulpverlening die de kritiek toejuichten. Maar zij schreven ook dat op hun werk elke vorm van twijfel over de protocollen en behandelwijzen de kop in werd gedrukt of in ieder geval niet serieus werd genomen. Daarnaast kregen Moore en Brunskell-Evans dreigende reacties van transactivisten in een poging hen het zwijgen op te leggen. 

Waar Moore en Brunskell-Evans in hun eerste boek nog ervan uitgingen dat de gender professionals handelden vanuit overtuiging, uit de positieve respons bleek echter dat er juist twijfel is over de juistheid van de protocollen en de invloed van de lobby. Maar ook dat het bespreekbaar maken van die twijfel onmogelijk wordt gemaakt. 

Waarom is het zo moeilijk om een genuanceerd gesprek over genderidentiteit te voeren? Waarom ligt kritiek op transgender zorg zo gevoelig?  Aangezien het gaat om onomkeerbare medische ingrepen met onbedoelde negatieve gevolgen zoals onvruchtbaarheid, botontkalking, onderontwikkeling van de hersenen en atrofie van gezond weefsel, zou je verwachten dat zorgvuldigheid, kritisch denken en voorzichtig handelen voorop staan. Dit is een thema dat vanuit verschillende invalshoeken terugkomt in Inventing transgender children and young people.

Met een zeer sterk stijgende vraag, oplopende wachtlijsten en toenemende druk vanuit de lobby en de politiek (artikel over de Nederlandse situatie) om die wachtlijsten weg te werken, wordt de verleiding groot om ook hier jonge patiënten te snel een onomkeerbare zware medische transitie te laten ondergaan. Het groeiend aantal ‘detransitioners’ zou voor elke zorgverlener reden moeten zijn om kritisch te reflecteren op het eigen handelen en het referentiekader waarmee zij hun jonge patiënten beoordelen. Transgender children and young people is een noodzakelijke kritiek op de medicalisering van lichamelijk gezonde kinderen en de manier waarop een lobby zo’n sterke invloed heeft op een branche dat professionals niet openlijk hun zorgen en bezwaren kunnen bespreken. 

En naast de onzorgvuldigheid van de medische industrie moeten we ook de vraag durven stellen waarom kinderen überhaupt bevestigd moeten worden in het idee dat hun lichaam niet juist is? Kun je “geboren worden in het verkeerde lichaam”, accepteren we dat als diagnose? Zijn er betere, minder ingrijpende oplossingen voor kinderen die worstelen met gender? Waar komt het verlangen om te transitioneren vandaan? Wat ambiëren deze kinderen in hun leven, welke verwachtingen hebben ze, welke verwachtingen hebben de ouders? Want hoewel trans een progressief imago heeft, worden juist ouderwetse ideeën over wat onze maatschappij als passend gedrag, kleding en voorkeuren beschouwt op basis van geslacht verankerd waar ze getrotseerd zouden moeten worden. Waarom is genderdysforie de enige stoornis van de lichaamsbeleving waarbij het lichaam met plastische chirurgie en geslachtshormonen gedwongen wordt zich te conformeren naar het beeld dat de patiënt in het hoofd heeft? 

Een boek publiceren dat de essentie van transgender ideologie openlijk en grondig ontkracht, is een daad van moed en integriteit in een klimaat waarin vermogende lobbyisten (artikel federalist over transgender ideologie) en agressieve activisten, niet gehinderd door een gebrek aan wetenschappelijk bewijs en met een simplistisch, regressief referentiekader, het discours bepalen. 

Waarde
Daarom is de grootste waarde van dit boek misschien wel de manier waarop de schrijvers zich niets aantrekken van mainstream opvattingen over genderidentiteit en de dreigende taal van activisten. De schrijvers hanteren de basisprincipes van de wetenschap en onderbouwen overtuigend en met compassie hun standpunten. Elk hoofdstuk is bovendien voorzien van een uitgebreide lijst met referenties, aan zorgvuldigheid ontbreekt het niet. 

Nog wat achtergronden
David Bell, die het voorwoord schreef, werd bekend bij een breder publiek nadat hij in zijn (uitgelekte) interne rapportage kritiek had geuit op de snelheid en onzorgvuldigheid waarmee kinderen en jongeren door het beoordelingsproces werden gejaagd, toegelicht met getuigenissen van bezorgde collega’s. Inmiddels loopt er een rechtszaak tegen de Tavistock van een patiënte die verband houdt met onzorgvuldig handelen van de kliniek (artikel in de Metro). Marcus Evans, bestuurder van de kliniek, is naar aanleiding van het rapport opgestapt nadat hij het management had beschuldigd van “een overschat geloof in de expertise van de dienst “Gender Identiteit Ontwikkeling” (GIDS) dat gebruikt werd om kritiek en onderzoek af te wijzen (artikel in de Guardian). Behalve Marcus zijn er tussen 2016 en 2019 35 andere gender professionals opgestapt die de Tavistock beschuldigen van het overdiagnosticeren en misdiagnosticeren van kinderen en jongeren. (artikel in de Telegraph

Vertaling naar de situatie in Nederland
Hoewel uit een studie uit 2011 (De Vries, , A.L., Steensma, T.D., Doreleijers, T.a. en Cohen-Kettenis, P.T.. Puberty suppression in adolescents with gender identity disorder: a prospective follow-up study. Journal of Sexual Medicine) nog bleek dat in Nederland een strikt protocol gevolgd werd, klinkt ook hier, net als in het Verenigd Koninkrijk, steeds vaker de eis dat kinderen en jongeren zelf moeten kunnen bepalen of ze transgender zijn of niet. Dus niet een zorgvuldige analyse bepaalt de diagnose maar de patiënt zelf. Elke roep om voorzichtig te zijn, om zorgvuldige assessments uit te blijven voeren en een voorkeur voor een niet-medische aanpak van gender dysforie wordt beantwoord met agressieve reacties en bedreigingen van activisten die veelal zelf niet transgender zijn (zie radfem Rebecca). Mensen worstelen met hun lichaam op vele manieren. Waarom is gender dysforie (of eigenlijk is het sekse dysforie) de enige worsteling waarvan men claimt dat die uitsluitend opgelost kan worden met zware operaties, plastische chirurgie en levenslange medicatie? 

Ik sluit af met een citaat van Bob, online beter bekend als  “Gender critical dad”:

“The tide is turning, and I am sure this book will be part of that. If you read it, you will have no excuse for silence.”

Marieke

Hier kun je het boek inkijken.

Michele Moore is onze spreekster tijdens de online conferentie Transing Children, Hype, Hope or Self-acceptance op 29 oktober.